De nieuwe vennootschapswetgeving heeft ervoor gezorgd dat u vanaf begin dit jaar kunt genieten van een verlaagde vennootschapsbelasting van 20,4%. Voorwaarde is wel dat u minimum 45.000 euro loon uitbetaalt aan één van uw bedrijfsleiders. En dat u voldoet aan de criteria van een kleine vennootschap:
- een gemiddeld personeelsbestand van max. 50 over het jaar
- een maximum jaaromzet van 9 miljoen euro (ex. btw)
- balanstotaal van maximum 4,5 miljoen euro
Minimumloon van 45.000 euro
Wilt u genieten van de verlaagde vennootschapsbelasting, dan bent u dus verplicht aan uzelf of een andere bedrijfsleider een minimumloon van 45.000 euro uit te betalen. In die minimumdrempel van 45.000 euro loon zitten volgende zaken vervat:
- het loon
- voordelen alle aard
- huurvergoedingen die als loon beschouwd worden (door de vennootschap uitbetaald aan de bedrijfsleider)
Betaalt u dat minimumloon niet uit aan een bedrijfsleider, dan heeft u geen recht op de verlaagde vennootschapsbelasting. Dan betaalt u het (eveneens verlaagde) gewone basisvennootschapstarief van 29,58% (tot 100.000 euro belastbare winst).
Bijzondere belastingaanslag van 5,1%
U betaalt ook een bijzondere belastingaanslag van 5,1% (10% vanaf 2021 omdat de crisisbijdrage dan afgeschaft is) op het verschil tussen het werkelijke jaarloon en de wettelijk vooropgestelde 45.000 euro. U kunt deze regel ontwijken als het belastbaar inkomen of de belastbare winst lager is dan 45.000 euro én het loon van de bedrijfsleiders minstens gelijk is aan de behaalde winst van de vennootschap. Belastbare winst is het bedrijfsresultaat na aftrek van de lonen.
Natuurlijk persoon
Voorwaarde is ook dat het loon moet uitbetaald worden aan een bedrijfsleider die een natuurlijk persoon is.
Starters vrijgesteld
Moet u toch een bijzondere aanslag betalen? Dan kunt u die aftrekken als beroepskost. Starters hoeven ook geen bijzondere aanslag te betalen tijdens de eerste vier boekjaren.
Bent u bedrijfsleider van meerdere verbonden vennootschappen? Dan ligt de drempel van de minimale bezoldiging op 75.000 euro. Enkel die vennootschap met de hoogste belastbare winst betaalt dan de bijzondere aanslag.
Voorbeeld
Bvba Y heeft dit jaar 40 000 euro winst behaald. Aan de bedrijfsleider werd 40 000 euro loon gegeven. Samen dus 80 000 euro. Het minimumloon om niet het basistarief van 29,58% te moeten betalen is dus 40 000 euro (80 000 gedeeld door 2). Het loon is precies hetzelfde als de belastbare winst van 40 000 euro. Net genoeg dus.